Kosten en baten van maatregelen tegen bodemdaling
VU-masterstudent Jochem Buurman schreef een scriptie over de kosten en baten van maatregelen om bodemdaling in veen tegen te gaan. Met zijn resultaten kan de stakeholderdiscussie over dit belangrijke probleem weer een stukje beter gevoerd worden. Hier volgt een weergave van de samenvatting van de scriptie.
Het Nederlandse polderlandschap wordt momenteel geconfronteerd met aanzienlijke milieuproblemen als gevolg van landbouw-intensivering. Dit heeft geleid tot bodemdaling, uitstoot van broeikasgassen en verlies van biodiversiteit. Als reactie hierop is een duurzame landbouw-transitie voorgesteld om de negatieve effecten te verminderen of zelfs tegen te gaan. Wetgeving zoals het Klimaatakkoord stelt ambitieuze doelen voor CO2-emissiereductie en bodemdaling, aangezien de overheid tegen 2030 de uitstoot van broeikasgassen uit veengronden met 1 megaton wil reduceren.
Dit onderzoek heeft als doel de effectiviteit van verschillende technische maatregelen te verkennen om de uitstoot van broeikasgassen en bodemdaling in veengronden in West-Nederland te verminderen. De geanalyseerde maatregelen zijn: slootpeilverhoging, passief waterinfiltratiesysteem, actief waterinfiltratiesysteem, greppelinfiltratie en klei-in-veen. De implementatie van deze maatregelen zal ook kosten met zich meebrengen, met name in termen van veranderingen in landbouwpraktijken en het inkomen van boeren. Daarom wordt in deze studie een maatschappelijke kosten-batenanalyse gebruikt om deze maatregelen te evalueren op basis van gegevens uit literatuur, pilotstudies en van experts. De maatschappelijke kosten-batenanalyse beoordeelt de netto maatschappelijke baten, het investeringsrendement en de reductie van broeikasgasemissies van elke maatregel, ten opzichte van een scenario waarin geen maatregelen worden genomen.
Het onderzoek laat zien dat vier van de vijf technische maatregelen positieve netto maatschappelijke baten opleveren; slechts het actieve waterinfiltratiesysteem heeft negatieve netto maatschappelijke baten. Daarnaast hebben slootpeilverhoging en klei-in-veen een rendement waarbij de investering op basis van maatschappelijke kosten en baten minimaal dubbel wordt terugverdiend. Wanneer er wordt gekeken naar hoeveel CO2-emissiereductie er met elke maatregel behaald wordt, dan reduceert het actieve waterinfiltratiesysteem de meeste CO2. Ook laat het onderzoek zien dat boeren de meeste kosten van maatregelen dragen, terwijl de bredere maatschappij (of maatschappelijke stakeholders) het grootste deel van de baten zal genieten. Dit creëert spanning tussen de verdeling van kosten en baten, en daarmee een vraagstuk over hoe de kosten en baten mogelijk anders verdeeld moeten worden over verschillende maatschappelijke stakeholders.
De bevindingen reflecteren gemiddelde kosten en baten, en het onderzoek benadrukt daarom dat er substantiële variatie kan zijn in kosten en baten, afhankelijk van factoren zoals bodemsamenstelling en huidige bedrijfsvoering. Ook is duidelijk dat in de toekomst meer informatie nodig is over minder onderzochte maatregelen zoals klei-in-veen en greppelinfiltratie; dit is essentieel voor het verfijnen van de maatschappelijke kosten-batenanalyse en het verbeteren van de robuustheid van de resultaten. Ook moeten toekomstige analyses aanvullende criteria opnemen, zoals biodiversiteit en culturele landschapswaarden, om het volledige spectrum van effecten vast te leggen.
Volledige titel van de scriptie (vertaling uit het Engels): Een kosten-baten-analyse van technische maatregelen voor het terugdringen van bodemdaling op veengebieden in West-Nederland.